Steeds minder mensen kunnen een huis kopen
De Eigen Huis Marktindicator die het consumentenvertrouwen in de woningmarkt meet, kende in 2017 een hoge score tussen de 110 en 113. Toch denken geleidelijk aan steeds meer Nederlanders dat het nu geen gunstige tijd is om te kopen.
De indicator staat op 111, ruim boven de neutrale waarde van 100. Maar het aantal mensen dat betwijfelt of ze wel kúnnen kopen, groeide het afgelopen jaar van bijna een kwart naar een derde. Slechte betaalbaarheid van woningen (54%) en beperkte keuze (35%) zijn de meest genoemde factoren die het ‘kunnen’ kopen van een huis in de weg staan.
Ook economen van ABN Amro zien signalen dat de spanning op de woningmark toeneemt. Er is volgens ABN Amro een groot tekort aan geschikte woningen. Bovendien is er een gebrek aan nieuwbouw. Kopers zien zich daardoor gedwongen meer geld te bieden. De verkoopprijzen stijgen daardoor en het verschil tussen vraag- en biedprijs neemt af. Het gemiddelde verschil tussen de vraag- en biedprijs staat nu op 1,1 procent. In 2013 stond dit cijfer op 6,8 procent.
Ook doorstromer vindt moeilijker een huis
Zelfs woningbezitters die hun woning met overwaarde verkopen, hebben vaak moeite om in een van de vier grote steden iets nieuws te vinden. Dat blijkt uit een analyse van de woningmarkt van De Hypotheker.
Bijvoorbeeld in Amsterdam, waar iemand met geen of weinig eigen geld of nauwelijks overwaarde heeft, is aangewezen op huizen in omliggende gemeenten als Amstelveen en Haarlem of in kleinere dorpen in de buurt van de grote steden. Rond Amsterdam is volgens De Hypotheker „een duidelijk waterbedeffect” te zien.
Woningmarktdeskundigen waarschuwen er al langer voor dat het aanbod van huizen in de grote steden, zeker in het middensegment, zo goed als opgedroogd is. Dit jaar daalt het aantal transacties, zo is de prognose, na vier jaren van steeds meer verkochte woningen. De oplossing voor die malaise, stellen de woningmarktexperts is het bouwen van meer huizen.